Als je geld geeft aan een door de belastingdienst erkend goed doel (een ANBI), dan kun je deze gift (als je er bewijs voor hebt, bijvoorbeeld een bankafschrift) aftrekken van je inkomstenbelasting. De belastingdienst betaalt dan als het ware mee aan je gift. Als je, zoals ik, met je inkomen voor een deel in de 42% 40,4% schijf zit, betekent dat dus, dat je 40,4% van die gift terugkrijgt van de belastingdienst.
Dit zijn de voorwaarden voor gewone giften:
- Het gaat dus inderdaad om een ANBI, een erkend goed doel. Hier heeft de belastingdienst een lijst van.
- Het gaat om een echte gift (je krijgt er niet iets voor terug, zoals een lot, een boek of een t-shirt)
- Je totale bedrag aan giften moet meer zijn dan 1% van je inkomen, en minimaal 60 euro. (NB. Als je samen aangifte doet, moet je 1% van het gezamenlijke inkomen gebruiken).
- Er is ook een maximum. Dit is 10% van je inkomen.
Als je aan deze voorwaarden voldoet, dan mag je het bedrag aan giften aftrekken wat boven het drempelbedrag uitkomt. Dus de eerste 1% van je inkomen (of de eerste 60 euro) telt niet mee en mag niet afgetrokken worden.
Er is een manier om voorwaarde 3 en 4 te omzeilen. Dit is door het doen van periodieke giften. Dat wil zeggen dat je schriftelijk vastlegt dat je gedurende minimaal vijf jaar een vast bedrag per jaar gaat geven als gift aan een bepaald goed doel. Vroeg had je hiervoor de notaris nodig, maar tegenwoordig kun je bij de belastingdienst zelf een formulier downloaden en dat invullen, en dat is voldoende. Je legt jezelf dan dus wel vijf jaar vast! Maar als je dit doet, mag je de hele gift altijd aftrekken van je inkomstenbelasting.
Mijn accountant noemde een andere manier: doe giften in januari en in december van één bepaald jaar, en geef het volgende jaar helemaal niets; en dan weer in januari en december van het jaar erop. Op die manier haal je makkelijker het drempelbedrag in de jaren dat je dubbele giften doet.